Teken je beeld van een dakloze persoon; Die opdracht gaven we aan wethouders, sociale instanties en journalisten in de diverse workshops die we organiseerden in het kader van ons onderzoek naar de beeldvorming van dak-en thuisloze mensen in Nederland. De tekeningen toonden vaak een stemmig beeld; een verwaarloosde figuur (vaak een man), op straat en soms ook in combinatie met alcohol en drugs. Dat beeld stroomlijnt niet met de situatie waarin veel dak-en thuisloze mensen in Nederland zich bevinden; veel jongeren zijn normaal gekleed, slapen niet op een parkbankje maar hoppen wel van bank naar bank of verblijven in een tijdelijk opvangcentrum.  

In dit onderzoeksproject (zie voor meer info; www.hetbeelddepot) bleken de schetssessies een waardevolle manier om data te verzamelen over ‘hardnekkige’ stereotype beelden rondom deze doelgroep.

Dat ontdekte ook de Finse onderzoekers Jari Martikainen en Eemeli Hakoköngäs die tekenen als methode inzette om de beelden rondom ‘een middelbare school docent’ te onderzoeken. Ze vroeg studenten en docenten een tekening te maken van een ‘typische’ docent. Veel studenten bleken tekeningen te maken waarbij de docent als ‘strikt’ en ‘saai’ werd afgebeeld.  Docenten daarentegen maakten tekeningen van een multitaskende professional. Het bespreken van elkaars ‘beelden’ kan helpend zijn in het bespreken of soms verbeteren van onderlinge relaties, aldus (Martikainen (2019a, 2020); Martikainen, J., & Hakoköngäs, E. 2023). 

Een belangrijke redenen om tekeningen als onderzoeksinstrument te gebruiken is dat je als onderzoeker daarmee ook vaker emoties of zogeheten tacit knowledge (impliciete kennis of ervaringen die mensen beschikken maar die ze vaak niet goed onder woorden kunnen brengen  (Leavy, 2018; McNiff, 2018). Tekenen kan in onderzoek ook gebruikt worden om te helpen om gedachten te structureren; door de eerste ideeën te schetsen, worden elementaire gedachten vaak al concreter. Daarnaast helpt dit om zaken concreet en overdraagbaar te maken. “Als ik het niet kan tekenen, betekent het dat het voor mij nog niet helder is en kan ik het ook niet goed overdragen” aldus professor Hummels van Technische Universiteit Eindhoven, die zeer begenadigd tekenaar is. 

Lyon (2020) maakt onderscheid tussen drie manieren van tekenen: schetsen, objectief tekenen en subjectief tekenen. Schetsen is het proces waarbij ideeën, emoties en ervaringen op een visuele manier worden uitgedrukt. Objectief tekenen, is een manier op zaken representatief weer te geven; denk bijvoorbeeld over de manier waarop tekeningen in de architectuur of in de medische wetenschap worden ingezet. Tot slot wordt subjectief tekenen gezien als een manier om een dialoog met jezelf of  andere mensen aan te gaan (Lyon, 2020).  Alle drie de vormen kunnen worden gebruikt in onderzoek en alle drie de vormen zetten we in het lectoraat in. Zo leerden we in een workshop o.l.v. illustrator Daniel Hentschel (april 2024) onze onderzoeksprojecten schetsen, zoals je ziet in de foto’s.

Uiteraard gebruiken we tekenen als een manier om data te ontginnen, zoals bij het genoemde onderzoek beelddepot. Tot slot gebruiken we het ook omdat tekenen ook ontzettend veel (goede) zin geeft in onderzoek doen! (Arets, 2024)